Fysieke activiteit speelt een cruciale rol in de ontwikkeling en het succes van jongeren, zowel op academisch als op persoonlijk vlak. Onderzoek toont keer op keer aan dat beweging niet alleen goed is voor de lichamelijke gezondheid, maar ook een aanzienlijke impact heeft op cognitieve vaardigheden en leerprestaties.
Uit een recente meta-analyse van Trott en collega’s (2024) blijkt dat studenten op universitair niveau een significant hogere kans op academisch succes hebben wanneer zij regelmatig aan fysieke activiteit doen (Trott, Kentzer, Horne, Langdown, & Smith, 2024). Dit sluit aan bij een systematische review van Donnelly en collega’s, die de relatie onderzocht tussen fysieke activiteit en cognitieve functies bij kinderen van 5 tot 13 jaar. De resultaten waren overtuigend: fysieke activiteit heeft een positief effect op het geheugen, de hersenstructuur en -functie. Daarnaast draagt het ook bij aan de algemene gezondheid van kinderen (Donnelly et al., 2016).

Deze bevindingen zijn relevanter dan ooit in een tijd waarin de schermtijd onder jongeren explosief toeneemt. Zoals het NOS op 1 mei 2024 meldde: “De schermtijd van kinderen tot zes jaar is in de afgelopen tien jaar bijna verdubbeld.” Dit onderzoek, uitgevoerd door Netwerk Mediawijsheid en Hogeschool Windesheim, toont een zorgwekkende trend (NOS, 2024). Minder fysieke activiteit en meer schermtijd kunnen een negatieve invloed hebben op de gezondheid en ontwikkeling van onze jeugd.